Betekenis van:
opsporing
opsporing (de ~ | meervoud opsporingen)
Zelfstandig naamwoord
- het opsporen
"opsporing verzocht"
Hyperoniemen
Hyponiemen
Voorbeeldzinnen
- OPSPORING
- Opsporing tetracyclinemerker
- Opsporing van vervuiling
- Opsporing van rabiësantigeen
- Geografisch gerichte opsporing
- Opsporing van karnemelk [2]
- Opsporing van lebwei [4]
- Opsporing van rabiësantistoffen
- de opsporing van biomarkers;
- Systemen voor vroege opsporing
- Directeur-generaal, Bureau speciale opsporing
- Systeem voor opsporing van voertuigen
- Opsporing (technische opsporing en/of opsporing met speurhonden; opsporen en onschadelijk maken van gevaarlijke stoffen).
- Opsporing en beveiliging (CPC 873)
- opsporing en behandeling van expeditieverschillen;