Betekenis van:
opstopper
opstopper (de ~ | meervoud opstoppers)
Zelfstandig naamwoord
- harde klap; harde klap; harde klap; harde klap; harde klap; klap; opdonder; harde klap of stoot; harde klap of trap; flinke klap; hard schot; harde klap
"iemand een opstopper geven/verkopen"
Synoniemen
- oplawaai
- aai
- baffer
- beuk
- doodklap
- dreun
- hijs
- kleun
- lel
- opdoffer
- opdonder
- oplazer
- opsodemieter
- optater
- peut
- peuter
- watjekouw
- ram
- poeier
- hengst
- loeier
- opduvel