Betekenis van:
opvallen
opvallen
Werkwoord
- gemakkelijk opgemerkt worden, opzien baren
"Het grote verschil met het vorig jaar viel iedereen onmiddellijk op."
Voorbeeldzinnen
- Ik heb mijn oranje sjaal en witte schort zeer helder gemaakt, zodat het mensen gelijk zou opvallen.