Betekenis van:
ordinair
ordinair
Bijvoeglijk naamwoord
- vulgair; ordinair
"een ordinaire scheldpartij"
"een ordinaire ruzie"
Synoniemen
ordinair
Bijvoeglijk naamwoord
- gewoon, alledaags, normaal
ordinair
Bijvoeglijk naamwoord
- vulgair, onbeschaafd
ordinair
Bijvoeglijk naamwoord
- waaraan men gewend is