Betekenis van:
overtuigd
overtuigd
Bijvoeglijk naamwoord
- met te veel zeil voor de weersomstandigheden
"Te veel helling en roerdruk zijn het gevolg van een overtuigd schip en een verkeerde stand van de zeilen.blz 11 Handboek Zeiltrimmen: praktische tips voor optimaal zeilplezier voor open boten en kajuitjachten
"
"
overtuigd
Bijvoeglijk naamwoord
- niet twijfelend
"overtuigd van iets zijn"
"een overtuigd katholiek/communist"
Synoniemen
Hyperoniemen
overtuigd
Bijvoeglijk naamwoord
- zeker in zijn denkwijze
"Hij is daar een overtuigde aanhanger van."
Werkwoord
Voorbeeldzinnen
- Ik ben helemaal niet overtuigd.
- Hoe heb je ze overtuigd?
- Eerst waren ze allemaal overtuigd van zijn onschuld.
- Ik ben ervan overtuigd dat hij onschuldig is.
- De markt was ervan overtuigd dat het voorschot voorhanden was.
- De gezagvoerder moet ervan overtuigd zijn dat aan de volgende voorwaarden is voldaan:
- Daarnaast is SIDE ervan overtuigd dat de activiteit van een exportagent geen enkele steun behoeft.
- Farm Dairy was er namelijk van overtuigd dat het dossier reeds lang geleden was afgesloten.
- De gezagvoerder mag alleen aan een vlucht beginnen als hij/zij zich ervan heeft overtuigd dat:
- Daarom is het Verenigd Koninkrijk ervan overtuigd dat de ECF's particulier kapitaal niet van deze markt niet zullen verdringen.
- De Commissie is er dan ook niet van overtuigd dat een dergelijke belofte werkelijk zou worden nagekomen.
- De Commissie was er dan ook niet van overtuigd dat deze marktstrategie in de praktijk haalbaar zou zijn.
- De Commissie is er derhalve niet van overtuigd dat de investering zonder kmo-toeslag niet zou zijn gedaan.
- Overtuigd van het nut om het publiek een zo ruim mogelijke toegang te bieden tot EVA-documenten,
- De Commissie is er dan ook niet van overtuigd dat steun een passend, noodzakelijk en evenredig instrument is om marktfalen op te vangen en DVB-T te stimuleren.