Betekenis van:
pachtgeld
pachtgeld (het ~ | meervoud pachtgelden)
Zelfstandig naamwoord
- prijs waarvoor iets gepacht wordt; prijs waarvoor iets gepacht wordt
"pachtgeld betalen/afdragen"
"pachtgeld innen"
Synoniemen
Hyperoniemen
Hyponiemen
Voorbeeldzinnen
- De producent/exporteur voerde aan dat het pachtgeld zelf een soort „belasting” was en dat hij de grond had gekocht van een andere onderneming die de „oorspronkelijke eigenaar” was.