Betekenis van:
passagier
passagier (de ~ | meervoud passagiers)
Zelfstandig naamwoord
- reiziger
"een blinde passagier"
Hyperoniemen
passagier
Zelfstandig naamwoord
- iemand die al of niet tegen betaling meereist met een voer-, vaar- of vliegtuig
Werkwoord
Voorbeeldzinnen
- Voor passagier
- Reisstatus passagier
- Schuld van de passagier
- Voor gewone passagier
- SSp (m2/passagier) conventionele ruimte voor een staande passagier
- 250000 rekeneenheden per passagier, per afzonderlijk geval,
- Specifieke emissie door het luchtvervoer, ton/passagier
- Aangegeven zitplaats: bestuurder en passagier aan de buitenkant vooraan
- Er moet dus een steunbedrag per passagier worden berekend.
- .1.2 een massa van 75 kg per passagier;
- Aangegeven zitplaats: bestuurder en passagier vooraan, aan de buitenkant
- „een passagier” iedere persoon aan boord met uitzondering van:
- „passagier” betekent iedere persoon vervoerd op een schip:
- naam en adres van de expediteur, passagier enz.;
- „vervoersovereenkomst” betekent een door of namens een vervoerder gesloten overeenkomst, voor het vervoer over zee van een passagier of, in voorkomende gevallen, van een passagier en zijn bagage;