Betekenis van:
pieper

pieper (de ~ | meervoud piepers)
Zelfstandig naamwoord
  • apparaatje om iemand op te roepen; oproepapparaatje
"de pieper gaat af"

Synoniemen

Hyperoniemen

pieper (de ~ | meervoud piepers)
Zelfstandig naamwoord
  • eetbare knol; aardappel
"de piepers staan op (het vuur)"

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

pieper
Zelfstandig naamwoord
  • scherpe patroon

Hyperoniemen

pieper
Zelfstandig naamwoord
  • fluitje waarmee men het geluid van een vogel nabootst om deze te lokken

Synoniemen

Hyperoniemen