Betekenis van:
plafond
plafond
Zelfstandig naamwoord
- de bovenkant van een ruimte in een gebouw
"Het plafond stortte naar beneden."
plafond
Zelfstandig naamwoord
- de uiterste grens
"Hij bereikte zijn plafond op dertigjarige leeftijd."
plafond (het ~ | meervoud plafonds)
Zelfstandig naamwoord
- bovengrens v.e. bepaalde eenheid; grens naar boven; bovengrens
"het plafond bereiken"
"tegen het plafond zitten"
Synoniemen
Hyperoniemen
plafond (het ~ | meervoud plafonds)
Zelfstandig naamwoord
- afdekking v.e. kamer aan de bovenzijde
Synoniemen
Hyperoniemen
Voorbeeldzinnen
- Hij verfde het plafond blauw.
- Ze keek omhoog naar het plafond.
- Plafond
- Plafond en voorwaarden
- Plafond voor investeringstranches
- Plafond voor overdrachten
- Plafond- en wandverlichtingsarmaturen
- op een plafond:
- Plafond voor het eenmalige aansluittarief
- Plafond regionale steun in betrokken regio
- Plafond eigen middelen als percentage BNI
- Plafond voor overdrachten van middelen ter ondersteuning van de cohesie
- CPA 27.40.25: Luchters en andere elektrische plafond- en wandlampen
- Bedrag van de maximaal toegestane regionale steun volgens plafond B
- Toepassing van het plafond van 10 % van de omzet