Betekenis van:
print

print (de ~ | meervoud prints)
Zelfstandig naamwoord
  • afdruk v.e. computerbestand; papiervergroting van een geheel negatief
"een print maken"

Synoniemen

Hyperoniemen

print
Zelfstandig naamwoord
  • afdruk
"Met onze printers hoeft u nooit lang op uw prints te wachten."
print
Zelfstandig naamwoord
  • een patroon op of in een stof
"Ze heeft een mooie print op het zitgedeelte van haar broek."
print
Zelfstandig naamwoord
  • afdruk v.e. elektronisch bestand

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

Werkwoord

print
een vervoeging van printen

Voorbeeldzinnen

  1. Print één taak per takentabel.
  2. Manuele input op print-outs
  3. Onvoldoende papier voor print-outs
  4. Print één taak per takentabel.
  5. Print, kopieer of scan één enkele afbeelding.
  6. Print- en drukprocedés voor kantoorpapier [4]Kantoorpapier
  7. CPS: Criminal Print-to-Print Search (afdrukbevraging in een afdrukkendatabank voor strafrechtelijke doeleinden).
  8. PMS: Print-to-Latent Search (afdrukbevraging in een sporendatabank).
  9. MPS: Latent-to-Print Search (sporenbevraging in een afdrukkendatabank).
  10. Assessment of the changing print market and its potential consequences for the deinking sector.
  11. De onderneming houdt de registratiebladen, print-outs en gedownloade gegevens niet bij
  12. het douanedocument, een kopie of een fotokopie daarvan, of een print van gelijkwaardige informatie die elektronisch door de bevoegde douaneautoriteit is geregistreerd; die kopie, fotokopie of print moet voor eensluidend zijn gewaarmerkt door:
  13. Frontfilter bestaande uit glazen panelen met speciale print- en filmcoating, bestemd om te worden gebruikt bij de vervaardiging van plasmaschermmodules [1]
  14. „Niet in staat manuele registratiegegevens en print-outs voor te leggen die tijdens de lopende week en de vorige 28 dagen zijn gemaakt”,
  15. Niet in staat manuele registratiegegevens en print-outs voor te leggen die tijdens de lopende week en de vorige 28 dagen zijn gemaakt