Betekenis van:
prisma

prisma (het ~ | meervoud prisma's)
Zelfstandig naamwoord
  • wiskundig figuur

Hyperoniemen

prisma (het ~ | meervoud prisma's, prismata)
Zelfstandig naamwoord
  • driehoekig stuk glas

Hyperoniemen

Hyponiemen


Voorbeeldzinnen

  1. ontworpen als een optisch element van het Fresnel-, fly-eye-, lijn- („stripe”), prisma- of diffractieve type;
  2. ontworpen als een optisch element van het Fresnel-, fly-eye-, lijn- (‹stripe›), prisma- of diffractieve type;
  3. ontworpen als een optisch element van het Fresnel-, fly-eye-, lijn- («stripe»), prisma- of diffractieve type;
  4. Foliën van poly(ethyleentereftalaat) met een totale dikte van minder dan 300 μm volgens ASTM D2103 en met aan één zijde prisma’s van acrylaat hars, met een prisma hoek van 90° en een prismatopafstand van 50 μm
  5. Polyethyleentereftalaat film met een totale dikte van minder dan 300 μm volgens ASTM D2103 en met aan één zijde prisma’s van acrylaat hars, met een prisma hoek van 90o en een prismatop afstand van 50 μm