Betekenis van:
pudding

pudding (de ~ | meervoud puddingen)
Zelfstandig naamwoord
  • nagerecht van gekookte melk
"als een pudding in elkaar zakken"
"pudding koken"

Hyperoniemen

pudding
Zelfstandig naamwoord
  • nagerecht, vaak zoet, koud en op basis van melk
"De pudding kwam niet goed uit zijn vorm."