Betekenis van:
puf

puf (de ~)
Zelfstandig naamwoord
  • zakelijke, energieke aanpak; kracht, dynamisme; kracht die als mens hebt; lichamelijke en/of geestelijke energie; vermogen initiatief te nemen; kracht v.h. stoten; werkkracht; vermogen iets te doen
"ergens geen puf in hebben"

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

Werkwoord


Voorbeeldzinnen

  1. Noordelijke kogelvis Sphaeroides maculatus PUF