Betekenis van:
rail

rail
Zelfstandig naamwoord
  • een baan waar een railvoertuig over rijdt
"Het vervoer vond plaats per rail."
rail
Zelfstandig naamwoord
  • een metalen staaf waar het wiel van een railvoertuig op rijdt
"Een trein rijdt op rails."
rail
Zelfstandig naamwoord
  • een metalen richel waarover een deur of luik kan schuiven
"Een schuifdeur loopt over een rail."
rail
Zelfstandig naamwoord
  • een metalen richel waarover een gordijn dat aan wieltjes hangt, kan rollen
"De rail voor het gordijn zit boven het raam bevestigd."
rail
Zelfstandig naamwoord
  • stang in bep. toepassingen; ophangstang

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen


Voorbeeldzinnen

  1. Iarnród Éireann (/Irish Rail)
  2. Network Rail plc.
  3. Iarnród Éireann (Irish Rail)
  4. Common rail, merk en type: …
  5. Common rail, merk en type: …” .
  6. T = per trein (train/rail)
  7. Contact tussen wiel en rail
  8. Contact tussen wiel en rail (wielprofielen) [punt 7.3.2.8]
  9. Rail Baltica”: Spoorwegas Warschau-Kaunas-Riga-Tallinn-Helsinki
  10. Containers voor weg-, rail-, zee- en luchtvervoer zijn geen verpakkingen.
  11. In het Engels Exit from the customs territory of the Community by rail under combined transport by road and by rail:
  12. Op de continental main line (de aansluiting tussen Network Rail, de Channel Tunnel Rail Link en Eurotunnel) varieert de rijdraadhoogte tussen 5935 en 5870 mm.
  13. Het loopvlak van de rail is kleiner dan in het conventionele netwerk.
  14. De naam van de onderneming werd veranderd in „IGF Industries — Arbel Fauvet Rail”.
  15. Inhoud van de bijlage van de richtlijn Versoepeling van etiketteringsvoorschriften voor gecombineerd rail/wegvervoer.