Betekenis van:
reet
reet
Zelfstandig naamwoord
- een (soms opengereten) spleet
"Doordat onze kat er vaak haar klauwen aan aanscherpte, zat die oude leunstoel vol reten."
reet
Zelfstandig naamwoord
- kont, billen
reet
Zelfstandig naamwoord
- achterwerk; het achterste, de billen, van mens of dier; achterwerk; het achterste, de billen, van mens of dier; bips; billen; achterste; achterwerk; billen; achterste; billen; achterwerk
Synoniemen
- achterste
- batterij
- derrière
- fundament
- krent
- posterieur
- tooches
- bibs
- bips
- achterwerk
- gat
- zitvlak
- hol
- kont
- achtersteven
Hyperoniemen
reet
Werkwoord
- enkelvoud verleden tijd van rijten
Werkwoord
Voorbeeldzinnen
- Mevrouw Reet TEDER, Eesti Kaubandus-Tööstuskoja poliitikadirektor — I grupp — tööandjate esindajad, (beleidsdirecteur van de Estlandse kamer van koophandel en industrie — groep I — werkgeversvertegenwoordigers) wordt benoemd tot lid van het Europees Economisch en Sociaal comité voor de resterende duur van het mandaat, te weten tot en met 20 september 2010.