Betekenis van:
rennen

rennen
Zelfstandig naamwoord
  • hollen; hardlopen
"de kamer uit rennen"
"in paniek naar buiten rennen"

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

rennen
Zelfstandig naamwoord
  • paardenraces; wereld v.d. harddraafsport; race met paarden

Synoniemen

Hyperoniemen

ren (de ~ | meervoud rennen)
Zelfstandig naamwoord
  • het rennen
"een wilde ren"
"in volle ren"

Synoniemen

Hyperoniemen

ren (de ~ | meervoud rennen)
Zelfstandig naamwoord
  • afgeschermd stuk grond voor dieren

Hyperoniemen

Hyponiemen

rennen
Werkwoord
  • (ongericht) zeer snel lopen
"Je hoeft niet te rennen, we hebben alle tijd."
rennen
Werkwoord
  • (gericht) zeer snel lopen
"Ik ben naar huis gerend."

Werkwoord


Voorbeeldzinnen

  1. Ik kan rennen.
  2. Ik kan rennen.
  3. Ik heb hem zien rennen.
  4. Hij probeerde de robot te laten rennen.
  5. Ik ben te moe om te rennen.
  6. Hij had niet zo snel moeten rennen.
  7. Hij kan niet erg snel rennen.
  8. Honden worden waar mogelijk gehuisvest in rennen in de buitenlucht.
  9. De huisvesting van kwartels in volières of rennen in plaats van in kooien verdient dan ook veruit de voorkeur.
  10. De meeste soorten zijn aangepast om zich in alle richtingen door relatief grote, driedimensionale ruimten te bewegen door middel van een of meer voortbewegingswijzen zoals vliegen, lopen, rennen, zwemmen of duiken, zowel tijdens het foerageren als tijdens de trek.
  11. Eenden en ganzen dienen te worden gehuisvest op een vaste vloer en zij moeten over voldoende ruimte beschikken om te kunnen foerageren, lopen en rennen en om de vleugels te kunnen uitslaan.
  12. De leefruimte van niet-menselijke primaten moet hen in staat stellen tot zoveel gedragsmogelijkheden als mogelijk, dient hun een gevoel van zekerheid te verschaffen en moet een aangepaste complexe omgeving bieden waarin het dier kan rennen, lopen, klimmen en springen.
  13. De leefruimte dient het dier de gelegenheid te bieden een zo breed mogelijk gedragsrepertoire tot uiting te brengen. Zij dient het ook een gevoel van veiligheid te bieden en een milieu te vormen dat voldoende complex is om het de kans te geven te lopen, te rennen, te klimmen en te springen.