Betekenis van:
roeping

roeping
Zelfstandig naamwoord
  • een taak waarvoor een persoon zich verplicht voelt, vaak met religieuze invloed
"De roeping van moeder Theresa was er al op jonge leeftijd."
roeping (de ~ | meervoud roepingen)
Zelfstandig naamwoord
  • datgene waartoe men zich geroepen voelt
"een roeping vervullen"
"uit roeping"

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

roeping (de ~ | meervoud roepingen)
Zelfstandig naamwoord
  • datgene waartoe men zich geroepen voelt; uitnodiging aan predikant
"een roeping vervullen"
"uit roeping"

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen