Betekenis van:
rogge
rogge
Zelfstandig naamwoord
- (enige) graansoort van het geslacht ''Secale'', ''Secale cereale''
rogge
Zelfstandig naamwoord
- het zaad van rogge
Voorbeeldzinnen
- Rogge
- gerst, rogge
- (rogge) + 2.01.01.04.
- 0,05 Rogge
- van rogge
- 0,1 Rogge
- Rogge en mengkoren [1]
- 5 [2] Rogge
- 0,05 [3] Rogge
- Gerst, rogge en haver
- 10 [2] Rogge
- 0,1 [2] Rogge
- Tarwe en rogge
- Gries en griesmeel van rogge
- Linzen, tabak, suikerbieten, rogge, boomkwekerijen”