Betekenis van:
ruptuur
ruptuur (de ~ | meervoud rupturen)
Zelfstandig naamwoord
- breuk in een bot
"een ruptuur hechten"
Synoniemen
Hyperoniemen
ruptuur
Zelfstandig naamwoord
- verscheuring
ruptuur
Zelfstandig naamwoord
- omstandigheid waarin mensen duidelijk anders over iets denken en niet toe willen geven
Synoniemen
- meningsverschil
- controverse
- geschil
- onenigheid
- strubbeling
- strubbelingen
- woordenstrijd
- woordenwisseling
- verdeling
Hyperoniemen
Hyponiemen
Voorbeeldzinnen
- Ruptuur/scheur van ligament of pees