Betekenis van:
schaft
schaft (de ~ | meervoud schaften)
Zelfstandig naamwoord
- tijd voor de schaft; lunchpauze; tijd gedurende welke geschaft wordt
Synoniemen
Hyperoniemen
Hyponiemen
Werkwoord
Voorbeeldzinnen
- Duitsland schaft de in artikel 1, lid 1, bedoelde steun uiterlijk op 31 december 2004 af.
- Duitsland schaft de in artikel 1, leden 1 en 2, bedoelde steun uiterlijk op 31 december 2004 af.
- Schaft industriegoederen aan, speciaal voor de nucleaire activiteiten van AEOI, Novin Energy en Kalaye Electric Company (alle vermeld in UNSCR 1737).