Betekenis van:
schooldag

schooldag (de ~ | meervoud schooldagen)
Zelfstandig naamwoord
  • dag waarop er school is
"de eerste/laatste schooldag"
"een normale/gewone schooldag"

Hyperoniemen


Voorbeeldzinnen

  1. De in lid 1 bedoelde begunstigden komen elke schooldag voor de steun in aanmerking.