Betekenis van:
sjouter
sjouter
Zelfstandig naamwoord
- ambtenaar van de politie
Synoniemen
- politieagent
- agent
- bout
- diender
- flic
- gerechtsdienaar
- glimmerik
- juut
- klabak
- politie
- politieambtenaar
- politiebeambte
- rakker
- smeris
- tuut
- wout
- flik
- pandoer