Betekenis van:
slaaf
slaaf (de ~ | meervoud slaven)
Zelfstandig naamwoord
- iemand die eigendom is v.e. ander; slaaf; iemand die eigendom is v.e. ander
"iemand tot slaaf maken"
Synoniemen
Hyperoniemen
Hyponiemen
slaaf
Zelfstandig naamwoord
- een persoon die het bezit is van een ander
"Zij waren weinig meer dan slaven."
slaaf (de ~ | meervoud slaven)
Zelfstandig naamwoord
- iem. die verslaafd is aan verdovende middelen
"een slaaf van iets zijn"
Synoniemen
Hyperoniemen
Hyponiemen
slaaf (de ~ | meervoud slaven)
Zelfstandig naamwoord
- iem. die zich onderwerpt aan sadistische bejegeningen
Hyperoniemen
Werkwoord
Voorbeeldzinnen
- Ik weiger door jou als slaaf behandeld te worden.
- Deze kunnen van het "meester/slaaf"-type zijn of worden bediend via een joystick of een toetsenbord.
- Deze kunnen van het zgn. meester/slaaf-type zijn of worden bediend via een joystick of een toetsenbord.
- Deze kunnen van het meester/slaaf-type zijn of worden bediend via een joystick of een toetsenbord.
- bestuurd met behulp van evenredige meester-slaaf-technieken of door gebruik te maken van een toepassingsgerichte computer, en met een aantal vrijheidsgraden van beweging van 5 of meer;
- bestuurd met behulp van evenredige meester-slaaf-technieken of door gebruik te maken van een toepassingsgerichte, "met opgeslagen programma bestuurde computer", en met een aantal vrijheidsgraden van beweging van 5 of meer;
- bestuurd met behulp van evenredige meester-slaaf-technieken of door gebruik te maken van een toepassinggerichte computer, en met een aantal ’vrijheids'-graden’ van beweging' van 5 of meer;
- bestuurd met behulp van evenredige meester-slaaf-technieken of door gebruik te maken van een toepassingsgerichte computer, en met een aantal ‚vrijheids’-graden ‚van beweging’ van 5 of meer;