Betekenis van:
slechts
slechts
Bijwoord
- alleen maar, niet meer dan, enkel
"De emmer bevat slechts een paar erwten."
Voorbeeldzinnen
- Schoonheid is slechts oppervlakkig.
- Elke staat had slechts één stem.
- Slechts twee mensen overleefden de aardbeving.
- Het verleden kan men slechts kennen, niet veranderen. De toekomst kan men slechts veranderen, niet kennen.
- De school bevindt zich op slechts 5 minuten lopen.
- Er is slechts één ding dat we kunnen doen nu!
- Slechts de onwetende haat de kunst
- Meerdere ogen zien meer dan slechts een
- Zoals altijd kon ik slechts hopen dat de politie me niet zou aanhouden.
- Het oude zomerhuis had slechts één bed, daarom sliepen we er om de beurt in.
- Toen hij student was, ging hij slechts één keer naar de discotheek.
- Slechts zestien procent van de leraren van deze school is vrouwelijk.
- Velen zijn geroepen, slechts weinig uitverkoren
- Er is slechts één plaatsje in het heelal dat je zeker kan verbeteren en dat is jezelf.
- De moslims geloven slechts in Allah als de ene god en in Mohammed als de laatste profeet.