Betekenis van:
slem

slem (de/het ~)
Zelfstandig naamwoord
  • slag bij whist of bridge
"groot slem"
"een groot slem behalen/winnen"

Hyperoniemen

Hyponiemen

slem
Zelfstandig naamwoord
  • een bridgecontract voor alle slagen of alle slagen minus een
"Hij was dol op gedubbelde slemmen."