Betekenis van:
spaarzaam

spaarzaam
Bijvoeglijk naamwoord
  • zorg dragend niet te verspillen
"Zijn spaarzame manier van leven bracht hem tot aanzienlijke rijkdom."
spaarzaam
Bijvoeglijk naamwoord
  • weinig of zo weinig mogelijk gebruikend of uitgevend
"een spaarzame huisvrouw"
"spaarzaam omspringen met [energie]"

Synoniemen

spaarzaam
Bijvoeglijk naamwoord
  • karig; weinig
"in die spaarzame momenten"
"spaarzaam gekleed/verlicht zijn"

Synoniemen


Voorbeeldzinnen

  1. Regionale steun kan alleen daadwerkelijk een rol spelen indien hij spaarzaam en evenredig wordt gebruikt en op de gebieden met de grootste achterstand in de EER is geconcentreerd.