Betekenis van:
specifiek
specifiek
Bijvoeglijk naamwoord
- op zichzelf staand en met karakteristieke, duidelijk gedefinieerde eigenschappen
"Eén zo'n specifiek geval moet voorlopig nog als een uitzondering worden beschouwd."
specifiek
Bijvoeglijk naamwoord
- kenmerkend; typerend; niet algemeen; karakteristiek; kenmerkend; vreemd; typerend
"specifiek voor iets/iemand"
"specifieke aandacht/kennis/betekenis"
Synoniemen
- karakteristiek
- gezichtsbepalend
- idiosyncratisch
- kenmerkend
- kenschetsend
- tekenend
- typerend
- typisch
- representatief
- symptomatisch
- karaktervol
Hyperoniemen
specifiek
Bijvoeglijk naamwoord
- kenmerkend
specifiek
Bijwoord
- in het bijzonder
"Onze diensten zijn specifiek afgestemd op de behoeften van de wat oudere reizigers."
Voorbeeldzinnen
- Specifiek risico
- „Specifiek onderdeel”:
- Specifiek toezichtsprogramma
- Specifiek vermogen
- Specifiek verbruik
- Specifiek geval
- SPECIFIEK MECHANISME
- Specifiek verwarmingsvermogen
- Specifiek geval
- SPECIFIEK CONTRACT
- Specifiek gebruik
- Specifiek recht
- Specifiek voltage vereist
- Specifiek geval Italië:
- Specifiek voor polyamiden