Betekenis van:
spion
spion (de ~ | meervoud spionnen)
Zelfstandig naamwoord
- iemand die spioneert; spion
"een spion voor [Duitsland]"
"een Russische/Amerikaanse spion"
Synoniemen
Hyperoniemen
Hyponiemen
spion
Zelfstandig naamwoord
- persoon die vertrouwelijke informatie vergaart in een ander land in opdracht van zijn/haar regering
Voorbeeldzinnen
- De man werd gearresteerd als spion.