Betekenis van:
stadion
stadion (het ~ | meervoud stadions)
Zelfstandig naamwoord
- groot terrein met sportveld, tribunes, bijgebouwen enz.
"in het stadion"
"het olympisch stadion (in Rome)"
Hyperoniemen
Hyponiemen
stadion
Zelfstandig naamwoord
- groot complex voorzien van sportvelden, tribunes en bijbehorende nutsvoorzieningen
Voorbeeldzinnen
- Bouwen van stadion
- De gemeente Alkmaar heeft de grond waarop het huidige stadion is gebouwd, aan AZ verkocht.
- AZ en AZ Vastgoed zouden het oude stadion afbreken, de grond ontwikkelen en 150 appartementen bouwen.
- Volgens de Nederlandse autoriteiten werden twee percelen verkocht aan AZ en AZ Vastgoed voor de bouw van een nieuw stadion, bedrijfsruimten en parkeerplaatsen.