Betekenis van:
stand
stand (de ~ | meervoud standen)
Zelfstandig naamwoord
- rang in de maatschappij
"op stand wonen"
"de burgerlijke stand"
Hyperoniemen
Hyponiemen
stand (de ~ | meervoud stands)
Zelfstandig naamwoord
- plaats op een markt of beurs
"op de beurs ben ik heel wat stands afgeweest, maar heb m'n keus niet kunnen maken"
Hyperoniemen
stand
Zelfstandig naamwoord
- omschrijving van hoe of waar iets staat
"Dat hangt van de stand van de zon af."
stand
Zelfstandig naamwoord
- meestal vooraanstaande sociale positie
"Zulk gedrag past niet bij zijn stand."
stand
Zelfstandig naamwoord
- de puntentelling bij een wedstrijd
"De stand is nu drie-nul voor de Belgische dames."
stand
Zelfstandig naamwoord
- de grootte van de populatie van een soort in een bepaald gebied
"De stand van de zeehonden en de zeeschildpadden zullen door die olieramp een geduchte knauw krijgen."
stand (de ~ | meervoud standen)
Zelfstandig naamwoord
- lichaamsstand; gemaakte manier van doen; stand v.e. lichaam/lichaamsdeel; stand van het lichaam
"Zijn arm stond in een vreemde stand."
Synoniemen
Hyperoniemen
Hyponiemen
stand (de ~ | meervoud standen)
Zelfstandig naamwoord
- behaalde punten in sport en spel; puntenaantal
"de stand in de wedstrijd is 4-1"
"bij een/de stand"
Synoniemen
Hyperoniemen
Hyponiemen
stand
Zelfstandig naamwoord
- berisping (alleen verkleinwoord) zie: standje
Werkwoord
Voorbeeldzinnen
- Stand per …
- STAND STUWKRACHTOMKERING
- STAND LANDINGSGESTELINTREKSCHAKELAAR
- Onbelaste stand:
- Standby-stand
- Aan-stand
- Stand per
- Klaar-stand
- NOx-stand
- Stand stuwkrachtomkering
- Stand landingsgestelintrekschakelaar
- hetzij de stand by-stand,
- Uit-stand/stand-by-vermogen
- Per stand by-stand en/of uit-stand
- Elektriciteitsverbruik in „stand by-stand(en)”: