Betekenis van:
stemming
stemming
Werkwoord
- het op de juiste toon brengen van een instrument
"een vast tarief per stemming"
Synoniemen
Hyperoniemen
stemming
Zelfstandig naamwoord
- wijze waarop een muziekinstrument is gestemd
"de stemming horen"
"de stemming blijft 'staan'"
Hyperoniemen
stemming (de ~ | meervoud stemmingen)
Zelfstandig naamwoord
- het stemmen
"een voorstel in stemming brengen"
"een stemming houden"
Hyperoniemen
Hyponiemen
stemming
Zelfstandig naamwoord
- een mentale of emotionele toestand
"De stemming van de vergadering sloeg om na de beschuldiging van de voorzitter."
stemming
Zelfstandig naamwoord
- de hoogte van de standaardtoon en de onderlinge toonhoogteverhoudingen van een muziekinstrument of toonladder
"Deze blokfluit is gemaakt in de gelijkzwevende stemming ."
stemming (de ~ | meervoud stemmingen)
Zelfstandig naamwoord
- stemming in een kring van personen
"er heerst een [vrolijke/bedrukte] stemming"
"de stemming erin brengen"
Synoniemen
Hyperoniemen
stemming
Zelfstandig naamwoord
- het uitbrengen van de stem, bijvoorbeeld bij verkiezingen
stemming
Zelfstandig naamwoord
- de heersende mening over de toestand van de markt
Voorbeeldzinnen
- Ons team was in opperbeste stemming door de overwinning.
- Stemming
- Hoofdelijke stemming
- Elektronische stemming
- Geheime stemming
- initiatiefadviezen — publicatie stemming (zie „STEMMING”)
- Artikel 160 Hoofdelijke stemming
- Betwisting van de stemming
- Stemming in onderdelen
- Artikel 161 Elektronische stemming
- Artikel 159 Stemming
- Stemming in de commissie
- Artikel 162 Geheime stemming
- Psychische toestand, stemming: …
- Artikel 22 — Stemming