Betekenis van:
structureel
structureel
Bijvoeglijk naamwoord
- de grondslag rakend
"een structure(e)l(e) probleem/oplossing/verschil/aanpak/maatregel/verandering"
"structure(e)l(e) geweld/werkloosheid"
Synoniemen
- fundamenteel
- basaal
- essentieel
- kardinaal
- primordiaal
- principaal
- principieel
- substantieel
- vitaal
- wezenlijk
- elementair
Hyperoniemen
structureel
Bijvoeglijk naamwoord
- met betrekking tot de opbouw van een geheel
structureel
Bijvoeglijk naamwoord
- een bepaalde samenhangende structuur hebbend
Synoniemen
Hyperoniemen
Voorbeeldzinnen
- Structureel economisch beleid
- Structureel onderhoud [4]
- Structureel zwakke punten in GBCS.
- Onregelmatigheden kunnen incidenteel of structureel zijn.
- Deze kunnen een structureel, wettelijk of regelgevend karakter hebben.
- De conformiteitscontrole van TSI's op structureel gebied is verplicht.
- Deze kunnen een structureel, wettelijk of regelgevend karakter hebben;
- Deze maatregelen zijn structureel van aard en niet eenmalig.
- Het bewerkstelligen of vergroten van een structureel liquiditeitstekort: het stelsel van reserveverplichtingen van het Eurosysteem draagt bij tot het bewerkstelligen of vergroten van een structureel liquiditeitstekort.
- Een herstructurering vereist een terugtrekking uit alle activiteiten die op middellange termijn structureel verliesgevend zouden blijven.
- Zij moeten het tekort op de lopende rekening structureel aanmerkelijk verlagen.
- Extrapoleer de testresultaten voor de ultieme anaërobe afbreekbaarheid voor één oppervlakteactieve stof naar structureel verwante stoffen.
- De bedrijfstak van de Gemeenschap heeft bewezen structureel gezond te zijn.
- De herstructurering moet de stopzetting inhouden van activiteiten die structureel verlieslatend blijven, ook na de herstructurering.
- bij structureel verwante stoffen wordt significante dermale toxiciteit of penetratie door de huid waargenomen.