Betekenis van:
succes
succes (het ~ | meervoud successen)
Zelfstandig naamwoord
- gunstig resultaat; succes
"succes heeft vele vaders"
"(veel) succes met [je afrijden]!"
Synoniemen
Hyperoniemen
Hyponiemen
succes
Zelfstandig naamwoord
- het slagen van een opzet
"Wikipedia is een doorslaand succes geworden."
Voorbeeldzinnen
- Succes.
- Succes met je examen!
- We verlangen allemaal naar succes.
- Het concert was een succes.
- Gezondheid is een belangrijke voorwaarde voor succes.
- Ik denk dat hij succes zal hebben.
- Doorzettingsvermogen is, onder andere, noodzakelijk voor succes.
- Mijn tante was blij met mijn succes.
- Laat mij u feliciteren met uw succes.
- Je inspanningen hebben in succes geresulteerd
- De Amerikaanse film was een groot succes.
- Een man zo ijverig als hij moet wel succes hebben.
- Zoals ge weet, is volharding de sleutel tot het succes.
- Ze vierden het succes door een fles wijn te openen.
- De kans op succes is groter als de zakenman van wanten weet en ook als hij meer geld tot zijn beschikking heeft.