Betekenis van:
syllabus

syllabus (de ~ | meervoud syllabussen, syllabi)
Zelfstandig naamwoord
  • gestencild en gebundeld materiaal behorend bij een cursus, een college enz.
"in de syllabus"

Hyperoniemen


Voorbeeldzinnen

  1. De meeste studenten lezen de syllabus niet erg nauwkeurig.
  2. voor ieder type cursus moet een syllabus worden opgesteld, en
  3. de opstelling en de toepassing van deze syllabus wordt beheerd door een CRM-instructeur voor cabinepersoneel;
  4. de opstelling en de toepassing van deze syllabus wordt beheerd door een CRM-instructeur voor cabinepersoneel;
  5. de conversietraining wordt gegeven door daarvoor gekwalificeerd personeel volgens een gedetailleerde syllabus die in het vluchthandboek is opgenomen.
  6. de conversietraining wordt gegeven door daarvoor gekwalificeerd personeel volgens een gedetailleerde syllabus die in het vluchthandboek is opgenomen.
  7. de training en controle daarop worden uitgevoerd volgens een door de autoriteit goedgekeurde, gedetailleerde syllabus die is opgenomen in het vluchthandboek.
  8. de training en de toetsing worden uitgevoerd volgens een door de autoriteit goedgekeurde, gedetailleerde syllabus die is opgenomen in het vluchthandboek.