Betekenis van:
taperecorder
taperecorder (de ~ | meervoud taperecorders)
Zelfstandig naamwoord
- taperecorder; bandrecorder; apparaat voor bandopnames
"op een taperecorder (staan/opnemen/afdraaien)"
"de taperecorder aanzetten"
Synoniemen
Hyperoniemen
Hyponiemen
taperecorder
Zelfstandig naamwoord
- een apparaat voor het opnemen van geluid op een band