Betekenis van:
telefooncel

telefooncel (de ~ | meervoud telefooncellen)
Zelfstandig naamwoord
  • openbare telefoon
"vanuit/uit een telefooncel bellen"

Hyperoniemen


Voorbeeldzinnen

  1. Waar is de dichtstbijzijnde telefooncel?
  2. Telefoongesprekken via een eigen toestel of vanuit een telefooncel of het postkantoor