Betekenis van:
toasten

toasten
Werkwoord
  • toosten; proosten; een toast uitbrengen
"toasten op iemand/iets"

Synoniemen

Hyperoniemen

toast (de ~ | meervoud toasten, toasts)
Zelfstandig naamwoord
  • geroosterd brood
"een toastje (met) [zalm/paté/kaas]"
"een toastje smeren/maken"

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

toast (de ~ | meervoud toasten, toasts)
Zelfstandig naamwoord
  • feestdronk
"een toast op [het bruidspaar]"
"een toast uitbrengen (op ...)"

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen