Betekenis van:
tobben

tobben
Werkwoord
  • zich ergens zorgen over maken
"Hij tobde vaak over zijn zoons verslaving."
tobben
Werkwoord
  • ''~ met'': lijden aan een ongemak
"Hij heeft lang getobd met zijn been na dat ongeluk, maar gelukkig gaat het nu wat beter."
tobben
Werkwoord
  • moeilijkheden ondervinden, tegenspoed hebben
"tobben met [depressieve klachten]"
"tobben met [Duits/wiskunde]"

Synoniemen

Hyperoniemen

tobben
Werkwoord
  • voortdurend met zorg vervuld zijn
"tobben over een probleem"
"erover tobben niet op tijd klaar te zijn met je werk"

Synoniemen

Hyperoniemen

tobbe (de ~ | meervoud tobben, tobbes)
Zelfstandig naamwoord
  • houten vat; kuip om in te wassen
"in de tobbe"

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

Werkwoord


Voorbeeldzinnen

  1. Vaten, kuipen, tobben, enz., alsmede delen daarvan, van hout
  2. Vaten, kuipen, tobben, enz., alsmede delen daarvan, van hout
  3. Vaten, kuipen, tobben en ander kuiperswerk, alsmede delen daarvan, van hout
  4. Vaten, kuipen, tobben en ander kuiperswerk, alsmede delen daarvan, van hout, duighout daaronder begrepen
  5. Vaten, kuipen, tobben en ander kuiperswerk, alsmede delen daarvan, van hout
  6. Vaten, kuipen, tobben en ander kuiperswerk, alsmede delen daarvan, van hout, duighout daaronder begrepen
  7. vaten, kuipen, tobben en ander kuiperswerk, alsmede delen daarvan, duigwerk daaronder begrepen, voorzover kan worden aangetoond dat het hout is verwerkt of vervaardigd met gebruikmaking van een warmtebehandeling waarbij een temperatuur van ten minste 176 °C is gehandhaafd gedurende 20 minuten