Betekenis van:
tonic

tonic (de ~ | meervoud tonics)
Zelfstandig naamwoord
  • koolzuurhoudende drank
"gin met tonic"

Hyperoniemen

Hyponiemen


Voorbeeldzinnen

  1. Tonic
  2. Tonic/oplosmiddel
  3. Tonic/reinigingsmiddel
  4. Huidverzorger/tonic
  5. Tonic/maskeermiddel
  6. Adstringerend/tonic
  7. Maskeermiddel/tonic
  8. Tonic/bleekmiddel
  9. Tonic/maskeermiddel
  10. Tonic/verzachten
  11. Oplosmiddel/tonic
  12. Tonic/antimicrobieel
  13. Tonic/huidverzorger
  14. Antimicrobieel/tonic
  15. Verzachten/tonic