Betekenis van:
traan
traan (de ~ | meervoud tranen)
Zelfstandig naamwoord
- druppel oogvocht
"bloed, zweet en tranen kosten"
"tranen biggelen over/langs iemands wangen"
Hyperoniemen
Hyponiemen
traan
Zelfstandig naamwoord
- lantaarn om de straat te verlichten.
traan
Zelfstandig naamwoord
- /: oogvocht
traan
Zelfstandig naamwoord
- traanolie
traan (de ~)
Zelfstandig naamwoord
- tranen; dierlijke olie
Synoniemen
Hyperoniemen
Voorbeeldzinnen
- Niets droogt sneller dan een traan