Betekenis van:
troep
troep
Zelfstandig naamwoord
- rommel, rotzooi
troep
Zelfstandig naamwoord
- Wat een troep is het hier!
troep
Zelfstandig naamwoord
- groep militairen
troep
Zelfstandig naamwoord
- groep beroepsspelers op het toneel; groep beroepsspelers op het toneel; gezelschap van beroepsspelers dat toneelstukken opvoert
Synoniemen
Hyperoniemen
Hyponiemen
Werkwoord
Voorbeeldzinnen
- Zowel bij de mannetjes als bij de wijfjes bestaan er dominantiehiërarchieën; de wijfjes vormen verwantschapsgroepen binnen de troep.
- Om dieren te isoleren kan gebruik worden gemaakt van training (zie punt 4.8) of kan de troep door een loop worden gedreven waarin een vangmechanisme is aangebracht.