Betekenis van:
tuinder

tuinder (de ~ | meervoud tuinders)
Zelfstandig naamwoord
  • iemand met een tuinbouwbedrijf
"boeren en tuinders in het stroomgebied van de Maas"

Synoniemen

Hyperoniemen

tuinder
Zelfstandig naamwoord
  • iemand die beroepsmatig tuinen aanlegt en verzorgt