Betekenis van:
tuinkers

tuinkers (de ~)
Zelfstandig naamwoord
  • eetbaar plantje; tuinkers
"een toefje tuinkers"

Synoniemen

Hyperoniemen

tuinkers
Zelfstandig naamwoord
  • ''Lepidum sativum'', een eetbaar kruid en lid van de Kruisbloemfamilie

Voorbeeldzinnen

  1. Tuinkers
  2. Tuinkers [4]
  3. Het gaat om olieachtige zaden en groenten zoals kool, koolzaad, mosterdplant, tuinkers, raket, radijs en raap.