Betekenis van:
vanzelfsprekend
vanzelfsprekend
Bijwoord
- iets dat geen verdere uitleg nodig heeft
"Het is vanzelfsprekend dat niemand weet hoe die jongen heet die net de winkel overviel."
vanzelfsprekend
Bijvoeglijk naamwoord
- natuurlijk; begrijpelijk
"dat is niet zo vanzelfsprekend"
"een vanzelfsprekende zaak"
Synoniemen
Voorbeeldzinnen
- Dit effect is vanzelfsprekend ongunstig voor SMVP.
- Vanzelfsprekend kunnen beide benaderingen in sommige gevallen worden gecombineerd.
- De sector breidt zich uit, waardoor haar energieverbruik vanzelfsprekend toeneemt.
- Die garantie was vanzelfsprekend en ook wettelijk toegestaan.
- Absolute zekerheid kan in het economische proces vanzelfsprekend nooit worden verkregen.
- de zuurstofconcentratie of de redoxpotentiaal (alleen verplicht als aerobe omstandigheden niet vanzelfsprekend zijn).
- Dit betekent niet dat alle voorwaarden bij privatisering vanzelfsprekend inhouden dat staatssteun wordt verleend.
- De marktactiviteiten zijn vanzelfsprekend economische activiteiten in de zin van de rechtspraak.
- Het CRC-veld zelf wordt bij de verificatieberekening vanzelfsprekend buiten beschouwing gelaten.
- Een behoorlijke amovering en reiniging zijn vanzelfsprekend in het publieke belang.
- Vanzelfsprekend worden op elke markt een aantal soorten, modellen of kwaliteiten aangeboden.
- Nederland zal zich vanzelfsprekend maximaal inspannen om tijdig aan de normen van de richtlijn te voldoen.
- de zuurstofconcentratie of de redoxpotentiaal (alleen verplicht als aerobe omstandigheden niet vanzelfsprekend zijn);
- Een dergelijke ombouw zou bovendien een categoriewijziging inhouden, waarvoor vanzelfsprekend de goedkeuring is vereist van de Spoorwegadministratie, een Tsjechische overheidsinstantie.
- De lidstaten zijn en blijven vanzelfsprekend verplicht om de Commissie op de hoogte te stellen van alle hieronder genoemde steunmaatregelen.