Betekenis van:
vereniging

vereniging (de ~ | meervoud verenigingen)

Zelfstandig naamwoord

"het bestuur van de vereniging"

"een vereniging oprichten"

vereniging

Zelfstandig naamwoord

"Hij had zich aangesloten bij een vereniging voor fotografie."

vereniging

Zelfstandig naamwoord

De vereniging van Schotland en Engeland vond plaats in 1706.
Nederlandse Vereniging van Participatiemaatschappijen;
Vereniging van gemeenten
Europese Vereniging van Spaarbanken;
grensoverschrijdende vereniging, niet-gouvernementele vereniging of onafhankelijke stichting.
de Deense vereniging van mouters
De Noorse vereniging van scheepseigenaars
de Britse vereniging van mouters
De Deense vereniging van scheepseigenaars
de Duitse vereniging van mouters
de Franse vereniging van mouters
Internationale Vereniging van cruisemaatschappijen (CLIA)
Studie Italiaanse Vereniging van Banken
De Italiaanse Vereniging van Banken
Europese Vereniging van Coöperatieve Banken;