Betekenis van:
verlof
verlof (het ~ | meervoud verloven)
Zelfstandig naamwoord
- toestemming
"met uw verlof, [maar ik ben het daar niet mee eens]"
"verlof geven/krijgen"
Synoniemen
Hyperoniemen
Hyponiemen
verlof (het ~ | meervoud verloven)
Zelfstandig naamwoord
- toestemming om enige tijd niet te werken
"met uw verlof, [maar ik ben het daar niet mee eens]"
"verlof geven/krijgen"
Synoniemen
Hyperoniemen
Hyponiemen
verlof
Zelfstandig naamwoord
- een periode waarin men toestemming krijgt om iets te doen, bijvoorbeeld vakantiedagen opnemen
"Mijn verlof begint op de eerste zomerdag."
verlof
Zelfstandig naamwoord
- goedkeuring; toestemming
Synoniemen
Hyperoniemen
Hyponiemen
Voorbeeldzinnen
- Verlof.
- Verlof
- verlof en
- Buitengewoon verlof
- het verlof,
- het verlof;
- Jaarlijks verlof
- Bijzonder verlof, verlof wegens huwelijk en zwangerschapsverlof
- Verlof zonder bezoldiging
- Artikel 21 - Verlof
- Bijzonder verlof en zwangerschapsverlof
- jaarlijks verlof moet opnemen,
- Verlof loopt nog
- adres gedurende het verlof (facultatief);
- Afwezigheid en verlof wegens ziekte