Betekenis van:
versperring
versperring (de ~ | meervoud versperringen)
Zelfstandig naamwoord
- wat dient om te versperren
"een versperring op de weg"
"een versperring opwerpen/aanbrengen"
Hyperoniemen
Hyponiemen
versperring (de ~ | meervoud versperringen)
Zelfstandig naamwoord
- hindernis; het versperren v.d. doorgang
"de versperring van een weg"
Synoniemen
Hyperoniemen
Voorbeeldzinnen
- Uitzonderlijk veel vuilnis, versperring door uitrusting of vracht, of anderszins onveilige omstandigheden, in gangpaden of -accommodatie.
- Door deze onaangepastheid neemt ook het risico op onderbrekingen aanzienlijk toe, bijvoorbeeld bij een versperring van de noordbaan.