Betekenis van:
vestiging
vestiging (de ~ | meervoud vestigingen)
Zelfstandig naamwoord
- vestiging, bewoonde plaats
"een prehistorische vestiging"
Synoniemen
Hyperoniemen
vestiging (de ~ | meervoud vestigingen)
Zelfstandig naamwoord
- zich ergens vestigen; het stichten
"de vestiging van een leerstoel"
"de vestiging van [iets]"
Synoniemen
Hyperoniemen
Hyponiemen
Voorbeeldzinnen
- vestiging van jonge landbouwers
- Vestiging van jonge landbouwers
- vestiging van jonge landbouwers;
- Land van vestiging
- Vestiging van jonge landbouwers
- Vestiging van jonge landbouwers
- Vestiging van een winkelketen
- Gemeenschappelijke bepalingen inzake vestiging
- VRIJHEID VAN VESTIGING
- De stad van vestiging.
- Vrijheid van vestiging
- het recht van vestiging,
- Plaats van vestiging
- Recht van vestiging, vennootschapswetgeving
- _(adres en land van vestiging)