Betekenis van:
voorschrijven

voorschrijven
Werkwoord
  • een schriftelijke opdracht geven
"Hij schreef hun dit voor."
voorschrijven
Werkwoord
  • commanderen; opdragen; gelasten; bevelen; laten nakomen; bevel geven; opdragen
"(een patiënt) een recept voorschrijven"
"iemand de wet voorschrijven"

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen


Voorbeeldzinnen

  1. aanvullende speciale controles voorschrijven;
  2. De lidstaten kunnen voor dit product een rijpingsperiode voorschrijven.
  3. hetzij schriftelijk; de lidstaten kunnen daartoe een specifiek formulier voorschrijven;
  4. Wanneer de lidstaten voorschrijven dat een begeleidend document moet worden afgegeven:
  5. De lidstaten mogen voorschrijven dat daarvoor een bijzonder formulier moet worden gebruikt.
  6. de veiligheid van de toedieners: de gebruiksvoorwaarden moeten het gebruik van geschikte persoonlijke beschermingsmiddelen voorschrijven.
  7. De lidstaten kunnen voorschrijven dat monsters worden genomen om deze gegevens te verifiëren.
  8. De lidstaten kunnen voorschrijven dat asielverzoeken persoonlijk en/of op een aangewezen plaats moeten worden ingediend.
  9. In dat geval kan hij voorschrijven van welke soorten gegevens de aanvraag vergezeld moet gaan.
  10. De lidstaten kunnen voorschrijven dat voor het certificaat jaarlijks een taks dient te worden betaald.
  11. Bovendien kunnen de voorgestelde gebruiksvoorwaarden het gebruik voorschrijven van extra beschermende kleding en apparatuur.
  12. de veiligheid van de toediener: de gebruiksvoorwaarden moeten het gebruik van geschikte persoonlijke beschermingsmiddelen voorschrijven;
  13. De bevoegde autoriteiten kunnen het gebruik voorschrijven van formulieren die van een speciaal onderscheidingsteken zijn voorzien.
  14. De lidstaten kunnen in naar behoren gerechtvaardigde gevallen evenwel een lagere leeftijdsgrens voorschrijven;
  15. De toegelaten gebruiksvoorwaarden moeten de toepassing van passende persoonlijke beschermingsmiddelen voorschrijven;