Betekenis van:
vrachtwagen

vrachtwagen (de ~ | meervoud vrachtwagens)
Zelfstandig naamwoord
  • wagen voor goederenvervoer; vrachtwagen; auto gebruikt om vracht te vervoeren

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

vrachtwagen
Zelfstandig naamwoord
  • een wagen voor goederenvervoer

Voorbeeldzinnen

  1. Ik heb een vrachtwagen.
  2. Ik heb een vrachtwagen.
  3. De auto botste met de vrachtwagen.
  4. Een vrachtwagen heeft de hond aangereden.
  5. De poort was te smal voor de vrachtwagen.
  6. Vrachtwagen
  7. voor N1: vrachtwagen, bestelwagen,”
  8. Vrachtwagen op spoorwagon
  9. Vervoerscapaciteit per vrachtwagen
  10. [Vrachtwagen]/[spoorwagon]/[schip]/[vliegtuig] (5)
  11. [Vrachtwagen]/[spoorwagon]/[schip]/[vliegtuig] (8)
  12. [Vrachtwagen]/ [Spoorwagon]/[Schip]/[Vliegtuig] (5)
  13. voor N1: vrachtwagen, bestelwagen (2).”
  14. [Vrachtwagen]/[spoorwagon]/[schip]/[vliegtuig] (4)
  15. Vrachtwagen (5), of spoorwagon (5)7.2.